maandag 29 december 2014

talenten

Talenten © istvan koning

Ik schoof voorzichtig het slaapkamergordijn een stukje open....
Grijs, als de kamer uit mijn kinderland, bedekent de ochtendnevel het verkleumde land. Raynaud vecht zich door mijn handen, terwijl Liesbeth me troost met een kop koffie. Kleurloos zullen we ons weer de wereld in spoeden om nieuwe inspiratie op te doen. Yara, kleine nieuwe zon, prinsesje voor het leven. Het kersverse meisje is mijn vijfde kleinkind. Een zoon en dochter uit een eerder huwelijk en een zoon en dochter uit het tweede. Welnu, deze laatste dochter verblijdde ons met een prachtig licht getint kindje, veel mooier dan een mens bedenken kan. Maar dat vind ik van al mijn kinderen en kleinkinderen.
Over mijn schrijverstalent....ach ik ben eigenlijk veel meer een verteller. Talloze zinnen ben ik begonnen terwijl ik nog niet wist hoe die zouden eindigen. Ik zie het als mijn musiceren.
Je gaat zitten en je begint te spelen, aarzelend eerst om te zien welke kant de stemming je uitdrijft, maar allengs vrijer en vrijer, totdat het droomstadium aanbreekt en je in totale vervoering brengt. Tot bezinning kom je als je hoort dat het stuk zich als vanzelf naar het einde begeeft. Dan sluit je af en ben je heerlijk moe. Weg is de muziek, die je zojuist bedacht, verdwenen de ban waarin het werd gespeeld. Er blijft niets van over, alles was ijdelheid. Had ik fouten onderweg gemaakt? Geen idee, vast wel, maar het is voorbij en ik kan het niet meer goedmaken. Vroeger, toen muziek nog 'gespeeld' werd in de studio's moest je het opnieuw spelen als er een onregelmatigheid in het spel zat. Prachtig vond ik dat omdat je dan nog iets langer op die schitterende Steinweh, Bechstein of Bösendorfer mocht spelen. Ik speelde geen piano, maar de vleugel speelde mij. Later mocht dat niet meer om dat tijd steeds meer geld was geworden en de elektronica op het beeldscherm gewoon je foute nootje in de prullenbak gooide en er een goede voor in de plaats zette. Op dat moment verklaarde ik dat computerprogramma als 'de dood van de muzikant'. Nooit meer heb ik in de studio's gewerkt. Wel bleef ik als organist spelen in Bloemendaal en later in Vlagtwedde. Gerard Kremer, mijn muziekleraar die stierf op 36-jarige leeftijd, was een persoonlijke vriend van mij. Tegen het eindexamen muziek bij hem, zag ik vreselijk op, omdat hij veel van mij verwachtte, Ik slaagde Cum Laude. In de gang omhelsde hij mij en zei:'je hebt een tien". Tijdens dat examen verzocht hij mij de tenorfluit te pakken en nodigde me uit om samen met hem aan de vleugel te improviseren. Starend naar zijn handen, om te zien welke akkoorden hij nam, improviseerde ik met hem mee. En alles lukte, alles klopte. Toen hij er een eind aan breide en het slotakkoord geklonken had, vroeg de gecommitteerde of we nog even door wilden gaan, wat Gerard weigerde, omdat er 'nog een examen' moest worden afgenomen. Hij heeft zeer veel voor mij betekent vooral wat betreft de opvatting van 'schepping', wat is de zin van scheppen? Niet omdat het mooi is voor anderen, maar echte kunst werkt zuiverend voor de ziel, het is als helder water in een woestijn en geeft je stralende vreugde. Het is gewoon.... goed voor je. Dat is nooit veranderd. Ik schrijf, schilder en musiceer omdat het me reinigt, omdat ik er een schoon gevoel aan overhoud. En de muziek leerde mij: ...doe het maar...maak maar fouten...speel maar...maar kijk niet om, want dan is het al weg. Vluchtig als het leven zelf. Alleen de herinnering verandert niet.
Tenslotte, geniet van je vele talenten en maak er mensen gelukkig mee, want pas dan komen ze tot hun recht. Kies niet voor één talent als je er vijf hebt gekregen. Gebruikt ze om er mensen mee te strelen als ze het moeilijk hebben, koester ze, want je bezit ze niet voor niets. Ze brengen je naar je ziel.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten